Spiegelverhaal gezinsviering 5 maart

Een moeilijke keuze

Spiegelverhaal bij Mattheüs 4, 1-11 (1ste zondag van de veertigdagentijd)

Maud kijkt opzij, Fleur heeft weer dat mooie armbandje om. Maud vindt het zo’n verschrikkelijk mooi armbandje. Met gekleurde kraaltjes in de vorm van vlindertjes en bloemen, ze moet er van zuchten. Fleur kijkt op; “wat zit jij te zuchten?”, vraagt ze. Waar zit je naar te kijken?

Ik vind je armbandje zo mooi, zegt Maud, ik zou ook graag zo’n armbandje hebben. Samen kijken ze naar de gekleurde vlindertjes en bloemen. Maud zucht nog maar eens, zo mooi vindt ze het.

Ik ben volgende week woensdag jarig, zegt Fleur na school. Ik geef niet echt een feestje, maar ik ga met mijn moeder naar de Efteling en ik mag iemand vragen om mee te gaan. Wij jij mee?

Yes, super leuk!, roept Maud.

Ze gaat het thuis meteen aan haar moeder vertellen.
Oei Maud, zegt haar moeder, dan kun je niet. Dan is de verjaardag van opa en je hebt hem beloofd dat je mee komt. Maud schrikt, er springen tranen in haar ogen, wat moet ze nu doen? Ze wil zo graag naar de Efteling, maar ze heeft opa beloofd naar zijn verjaardag te komen en dat wil ze ook echt wel doen. Ze vindt opa heel lief. Mama strijkt over haar hoofd, ik snap dat het moeilijk is meis, zegt ze, maar je kunt nu eenmaal niet alles hebben.

Als Maud de volgende dag aan Fleur vertelt dat ze niet mee kan is Fleur niet blij. Ze wordt zelf een beetje boos. Maar je had gezegd dat je mee ging, moppert ze. Maud legt nog eens uit, dat ze het opa al eerder had beloofd en dat ze het echt heel leuk had gevonden, maar dat het gewoon niet kan.
Fleur blijft een beetje boos, Maar de Efteling is toch veel leuker dan je opa!?, zegt ze. Maud haalt haar schouders op, ik heb het opa beloofd, zegt ze.

En als we dan ook nog frietjes gaan eten, ga je dan wel mee?
Fleur geeft het niet op.

Nee, zegt Maud, dat maakt niet uit, ik heb het beloofd.

Fleur haalt haar schouders op, nou dan niet!, zegt ze. Ze loopt weg, maar ineens draait ze zich om Äls je meegaat mag je mijn armbandje hebben”.

Maud weet niet wat ze zeggen moet, het mooie armbandje met de vlinders en de bloemen, wat zou ze dat verschrikkelijk graag hebben………

Bijna zegt ze dat ze toch mee gaat, maar dan denkt ze aan opa, ze schudt zachtjes haar hoofd.

Nee, zegt ze tegen Fleur, ik heb het mijn opa beloofd.

Tssss, zegt Fleur, wat ben jij een sukkel, ik wil niet eens meer vriendinnen met je zijn!

Die avond huilt Maud in bed dikke tranen, nou is ze ook nog haar vriendin kwijt. Toch heeft ze geen spijt dat ze nee gezegd heeft, maar ze vindt het wel heel erg moeilijk.

Wat Maud niet weet, is dat haar moeder heeft gebeld met de moeder van Fleur.

Samen hebben ze het probleem opgelost; ze gaan gewoon de volgende week naar de Efteling.

Fleur en Maud leggen het weer bij, ze zijn weer vriendinnen.

Maar het armbandje heeft Maud niet gekregen, je kunt niet alles hebben tenslotte.

Bron; Bonnefooi, jaargang 22 nr. 2