Gezinsviering 8 januari (driekoningen)

De sterappel

Het is bijna kerstavond. Bij ons brengen we dan cadeaus mee en die leggen we bij de kerststal neer. Die zijn dan voor kinderen die nooit cadeaus krijgen. Naast ons woont Henk-Jan de klokkenmaker. Hij maakt klokken. Klokken die stuk zijn , maar ook nieuwe. Grote in een kast, kleine met muziekjes of klokken met mooie poppetjes. Zijn werkplaats is ook zijn winkel.

En als onze pop of speelgoedtrein kapot is, wil Henk-Jan die altijd repareren. En we hoeven nooit iets te betalen. “Bewaar het geld maar, dan kan je iets moois bij de Kerststal brengen, zegt hij dan”.

Zelf heeft Henk-Jan nog nooit iets naar de stal gebracht. En als we dan zeggen: waarom doe je dat niet? Dan zegt hij: “Wacht maar, wacht maar, eens.” “Oh heeft u een geheim” ,roepen we dan. ’s Avonds als de winkeldeur op slot is, zien we licht branden bij de werkbank. We horen timmeren en zagen. Soms tinkelt er een liedje. Wat zou Henk-Jan toch doen? Als het bijna Kerstavond is, zien we ineens in de etalage van Henk-Jan de mooiste klok van de wereld staan. Hij is mooi versierd. Boven de wijzerplaat zijn twee deurtjes.

Elk uur gaat het ene deurtje open en komen er engeltjes met een trompet uit. Dan tinkelt een liedje en dansen de engeltjes door de andere deur weer naar binnen. Met grote letters staat er bij: voor het Kerstkind.

Het wordt Kerstavond. Ik ga met mijn moeder nog snel een boodschap doen. We zien dat Henk-Jan bij de werktafel staat en de moeder van Anna is bij hem. Ze huilt. Anna’s moeder vertelt dat een dief haar portemonnee gestolen heeft en dat ze nu geen eten kan kopen, geen kerstboom, geen cadeau voor het Kerstkind. Help me toch alsjeblieft. Tsja….Ik heb nu ook geen geld. Ik heb de laatste tijd geen klok meer verkocht.

Henk-Jan gaat allemaal mensen opbellen. Wilt u een klok van mij kopen vraagt hij steeds. Niemand wil dat…Ineens zegt iemand: “Ja , ik wil die mooie uit de etalage”. Henk-Jan schrikt.

Even is het stil. Goed zegt hij dan. Als de meneer de klok komt halen, hoort Henk-Jan nog één keer het liedje van de klok tinkelen. Dan is de klok weg.

Anna’s moeder krijgt al het geld. Ze geeft Henk_Jan een dikke zoen en gaat gauw alle boodschappen doen. Henk-Jan maakt z’n werkbank schoon, doet zijn jas aan. Hij pakt een mooie rode appel van de fruitschaal, een rode sterappel. Hij poetst hem op tot hij fonkelt. Hij zegt: Dan leg ik deze appel maar bij de Kerststal in de kerk”.

De kerk is vol met mensen. Bij de stal liggen al veel cadeaus. In het midden hebben de mensen een plek vrij gelaten voor de klok. Als Henk-Jan binnenkomt klinkt er geroezemoes. Henk-Jan loopt naar voren. Je kan zien dat hij verdrietig is. Geen klok. Hij komt bij de stal. Het wordt heel stil in de kerk. De sterappel komt uit zijn zak en eerbiedig legt hij die neer op de open plek in het midden. Dan gaat de appel ineens flonkeren. Het is alsof er allemaal sterretjes uitspringen die samen één grote ster vormen. De hele stal wordt licht en het is alsof het kerstkind opnieuw geboren wordt.

Overweging:

Jullie hebben net allemaal geluisterd naar verhalen over het kerstkind, dat geschenken krijgt.
In beide verhalen  lijkt het kerstkind ongepaste geschenken te krijgen. De klokkenmaker geeft MAAR een sterappel aan het kerstkind en de wijzen geven KONINKLIJKE geschenken aan een eenvoudig kind in een kribbe.

De drie wijzen namen op hun verre tocht prachtige geschenken mee. Door het zien van de ster begrepen zij dat er een nieuwe koning op aarde gekomen was. Ze brachten daarom KONINKLIJKE geschenken mee.

Mirre, een bijzonder fijne zalf, die heerlijk geurde en kostbaar was. Een zalf met een helende werking.

Wierook, wordt  gemaakt van hars van de wierookboom. Wierook werd gebruikt als reukoffer om contact te krijgen met God.

Goud, ook een duur geschenk, een edelmetaal, bijzonder en kostbaar.

We weten allemaal dat Jezus niet werd geboren in het paleis van een Koning of Keizer. Nee Hij werd geboren in een stal, Ook later bleef hij eenvoudig,Hij reed niet op een paard, maar op een ezel. Nederigheid hoort eerder bij Hem dan koninklijkheid.

En dan toch krijgt Hij in het verhaal van Matteus  zulke Koninklijke geschenken. Dat past toch niet bij elkaar? Hij zou ook heel blij geweest zijn met gewone geschenken, met een sterappel bijvoorbeeld? De wijzen hebben geen paleis nodig om te zien dat Jezus een koning is en die Koninklijke geschenken die ze Jezus geven zijn er om óns de belangrijke betekenis van de geboorte van Jezus te helpen zien!

Vandaag hebben we ook het verhaal van de klokkenmaker gehoord.
Een eenvoudige, maar hardwerkende man. En wát voor een man, een man met een hart van goud. Geheel gratis repareert hij het speelgoed van de kinderen die bij hem in de winkel komen.

Het gaat hem om het geluk van de kinderen, niet om de rijkdom van hemzelf. Daarbij zegt hij ook nog eens “Bewaar het geld maar , dan kun je iets moois bij de kerststal brengen.” Maar de kinderen hebben wel gezien dat de klokkenmaker zelf de andere jaren niet veel aan het kerstkind heeft gegeven.
Maar daar zit de klokkenmaker niet mee. “Wacht maar, wacht maar…” Hij is immers al bezig met het mooiste dat hij kan bedenken voor het kerstkind. Hij is er al avond aan avond mee bezig. Hij maakt het mooiste dat hij ooit gemaakt heeft. Dat heeft hij over voor het kerstkind, hij legt er heel zijn ziel en zaligheid in.

Maar dan komt de moeder van Anna bij hem., zij vertelt hem van de dief die haar portemonnee  gestolen heeft.
Hij leeft zo mee met deze vrouw en haar kinderen, dat hij er alles aan doet om haar te helpen.

Alles? Ja alles. Het gaat hem erg aan zijn hart, als de mooie klok die hij voor het kerstkind maakte verkocht wordt, maar het levert geld op en hij schenkt het geld aan de moeder van Anna, die hem dankbaar een dikke zoen geeft,

Zelf poetst hij een sterappel op, hij brengt die waardig naar het kerstkind.

Wat zien we?  Een doodgewone appel?  Een man die een klein geschenk aan het kerstkind geeft. Is het kerstkind dan niet méér waard ?
Ja , we zien een sterappel, maar we zien ook een trotse klokkenmaker, die gedaan heeft wat hij kon. Hij heeft een heel gezin gelukkig gemaakt, en op die manier heeft hij het kerstkind een veel groter cadeau gegeven dan de klok ooit had kunnen zijn.

Wat we zien is niet altijd wat het IS. Mirre wierook en goud voor het eenvoudige kind in de kribbe. Een sterappel voor het kerstkind…..

De geschenken van de wijzen en van de klokkenmaker zijn  bedoeld om ons de ogen te openen.

De mensen in het verhaal zien een klokkenmaker die alleen maar een sterappel geeft aan het kind, maar dan oordeel je wel heel gemakkelijk en zie je niet wat er echt gebeurt:

Het werkelijke cadeau is de hulp aan de moeder van Anna die het geld van de kerstklok echt nodig heeft.

En dat cadeau is meer waard dan goud, wierook of mirre!